Diny Beijersbergen-Groot

  1. Jeruzalem, o stad van lijden,
    van onrust en van tegenstand.
    De mensen die de stad ontwijden,
    van onrecht in het Heilig land.
    Gods tempelberg wordt oorlogsveld.
    ‘Sjaloom’ klinkt niet meer als een groet.
    Gebedsplaats, pleinen vol geweld,
    geen stilte waar men God ontmoet.

  2. Jeruzalem, o stad van heilig leven.
    ‘Troost, troost mijn Volk,’ zegt God.
    Ik zal u eens de vrede geven
    want Ik beslis over uw lot.
    Zie toch het hart dat hoort;
    eens is uw lijdenstijd voorbij.
    God spreekt, het is Zijn woord:
    Het is de heil’ge stad van mij.

  3. Jeruzalem, stad van geloven,
    spreek toch van heilig recht.
    De stem van God die boven
    roept dat de heuv’len zijn geslecht.
    Gerechtigheid ruist in haar straten.
    Gods heerlijkheid in ’t Heilig land.
    Roep vrede uit en blijf niet haten,
    God heeft de toekomst in Zijn hand.

  4. Zoek troost, het lijden is volbracht.
    Jeruzalem, eens mag je stralen.
    Een baan voor God, Hij komt met macht,
    Hij zal eens al Zijn kind’ren halen.
    Klim op de heil’ge berg, de vrede komt.
    Jeruzalem eens is de lijdenstijd voorbij.
    En alle onrust van de mens verstomt,
    want de Messias komt, o wees toch blij.

 Naar Jesaja 40 : 1 – 11