Simeon Klompmaker

Op 2 oktober toog een klein groepje enthousiastelingen gewapend met paraplu's naar Leiden, waar de gids Maarten Gaillard ons opwachtte op het Rapenburg. Hij bleek zelfs Joods te zijn. Zijn broer is legerrabbijn. We begonnen naast het Academiegebouw, waar veel Joodse studenten hebben gestudeerd. Albert Einstein is van 1920 tot 1946 aan deze universiteit verbonden geweest en heeft er gastcolleges gegeven. Leiden heeft nooit veel Joodse inwoners gehad, maar wel veel Joodse studenten.

We liepen verder langs het huis waar Bilderdijk gewoond heeft, van wie Abraham Capadose en Isaac da Costa leerlingen waren geweest. We stonden voor de Pieterskerk, waar beiden gedoopt werden op 20 oktober 1822. Da Costa had daarmee gewacht tot na het overlijden van zijn ouders.

In de Kloksteeg naast de Pieterskerk zagen we een monument dat herinnert aan de Pilgrim Fathers, die in de jaren vóór 1620 in Leiden woonden. Toen door de Herensteeg, alwaar een stenen koffer stond. Het is een deel van het monument ‘Bagage’, dat herinnert aan de op 17 maart 1943 gedeporteerde Joden. Wat verderop kwamen we langs een gracht met een park erlangs, het Van der Werfpark. Wat op het oog een mooie plek leek droeg een tragisch verhaal uit 1807: de buskruitramp. Een schuit vol buskruit ontplofte middenin de stad, ook vlakbij de synagoge, waardoor er relatief veel Joodse slachtoffers waren. De synagoge heeft men toen deels hersteld, maar later werd toch besloten een geheel nieuwe synagoge te bouwen.

Daarna liepen we langs de huidige synagoge, die nog wel in gebruik is hoewel het aantal leden kleiner is geworden. Wat verderop in de Roodenburgstraat is een voormalig Joods weeshuis, een groot gebouw met een Davidsster in de deur. Ter nagedachtenis aan de bewoners die werden opgepakt in 1943 stond er weer een stenen koffer van de kunstenaar Ram Katzir.

We liepen verder langs de Sterrenwacht, terug naar de Hortus (ook aan het Rapenburg), waar we aanschoven voor koffie met gebak. Na een uurtje bijkletsen ging een enkeling naar huis en de overigen zetten het gesprek voort tijdens een avondmaaltijd in een bistro met de naam Verboden Toegang. Het was een gezellig samenzijn.